Translation for '
eigenschap' from Dutch to English
| NOUN | de eigenschap | de eigenschappen |
NOUN article sg | article pl
2 translations
To translate another word just start typing!
Usage Examples Dutch
See more ...
- De eerste eigenschap is een vereiste want anders is de boom geen zoekboom (en zonder die eigenschap kunnen ook geen uitspraken gedaan worden of men verder moet zoeken in de linker- of rechtersubboom).
- Naaktheid is geen rasgebonden eigenschap. De eigenschap blijft (latent) aanwezig in alle honden, waarmee wordt gefokt.
- Een zelfstandig persoon iemand die als persoonlijke eigenschap zelfstandigheid heeft, wat raakvlak heeft met de eigenschap onafhankelijkheid.
- Een genetische eigenschap is recessief als bij een diploïd organisme deze eigenschap alleen tot uiting (expressie) komt, wanneer een dominant allel ontbreekt.
- Een eigenschap die in wachtlijntheorie vaak wordt gebruikt is de PASTA-eigenschap, wat staat voor "Poisson Arrivals See Time Averages".
- Samenhang en wegsamenhang zijn continu-invariante eigenschappen. Dit houdt in dat het continue beeld van een verzameling met een continu-invariante eigenschap ook die eigenschap heeft.
- Een belangrijke eigenschap is dat elke lineaire combinatie van eigenvectoren met gelijke eigenwaarde, ook een eigenvector bij dezelfde eigenwaarde is.
- Een eigenschap van ruimten is een topologische eigenschap, wanneer een willekeurige ruimte "X" die eigenschap bezit elke ruimte die homeomorf is met "X" deze eigenschap ook bezit.
- De pure "substantie" heeft geen enkele eigenschap. Pas wanneer er een "eigenschap" bij komt kan men spreken van een individueel gedifferentieerd iets (is dus te vergelijken met Aristoteles' materie en vorm).
- Een primaire eigenschap is iets zonder welke een ding niet kan bestaan, het ontbreken van een secundaire eigenschap daarentegen heft het bestaan van een ding niet op.
- In de moderne filosofie, wiskunde en logica is een eigenschap iets dat inherent is aan een object.
- Alomtegenwoordigheid is de eigenschap om overal tegelijkertijd aanwezig te zijn. Synoniem: ubiquiteit. In bepaalde religies en filosofische systemen wordt deze eigenschap toegeschreven aan God.
- Deze vorm van "prolepsis" komt voor wanneer een eigenschap aan een object wordt toegekend, dat die eigenschap pas kan bezitten nadat de handeling is voltooid.
- In de volgorde van de ladder kwam aarde of gesteente onderaan, dit had alleen de eigenschap dat het bestaat.
- De tweede eigenschap volgt uit de toepassing van de eerste eigenschap op [...].
- In Conway's terminologie zijn dit "1-lijnsbewijzen": men herleidt een eigenschap van [...] tot een analoge eigenschap voor de opties [...] en [...] met de definitie, waarna de eigenschap geldt wegens inductie.
- Een eigenschap P van topologische ruimtes wordt "erfelijk" genoemd, als voor elke topologische ruimte [...] die de eigenschap P heeft, geldt dat elke deelruimte [...] ook die eigenschap heeft.
- Het is een van de eenvoudigste rijen met de eigenschap [...] (zie grote-O-notatie), dus de eigenschap dat [...] begrensd is.
© dict.cc Dutch-English dictionary 2024
Contains translations by TU Chemnitz and Mr Honey's Business Dictionary (German-English only).
Links to this dictionary or to individual translations are very welcome!