Translation for 'tepel' from Dutch to English

tepel {de}

nipple

• De sensoren rond de tepel merken het epitheel van de bovenlip van het kind op.
• Bij stimulatie van de tepel en areola merken sensoren van het epitheel de bovenlip van het kind op.
• Als de wang of zijkant van de mond van het kind worden gestimuleerd, zal het kind reflexmatig het hoofd draaien richting de tepel en de mond openen.
• Elke borst heeft één tepel die omgeven wordt door de tepelhof (ofwel areola).
• Plastisch chirurgen bepalen de mate van ptose op basis van de positie van de tepel ten opzichte van de inframammaire plooi, de huidplooi onder de borst.

• "Mammillaria" (Van mamilla = tepel, daarom in het Nederlands ook wel tepelcactussen) is een geslacht uit de cactusfamilie ("Cactaceae").
• Seksuele stimulatie door het stimuleren van de tepels en areola wordt versterkt door het piercen van de tepel.
• Deze zakjes zitten weer aan buizen (ductuli) die uitmonden bij de tepel.
• De gebruiker plaatst de twee zijden van de metalen kop aan weerszijden van de tepel, en zorgt vervolgens door de ring langs de klemschacht naar de tepel te schuiven ervoor dat de twee helften strakker bij elkaar komen en de tepel meer afklemmen.
• Bij het melken met de hand houdt de boer de tepel in de volle hand en knijpt van boven naar beneden in de tepel waardoor de melk eruit spuit.

• Tepelkloven is een aandoening van de tepel waarbij de tepelhuid langwerpige wonden gaat vertonen.
• Dit presenteert zich vooral bij de tepel, in de regel aan één kant, en lijkt soms bedrieglijk op eczeem met roodheid, schilfering, soms uitvloed of intrekking van de tepel.
• Een tepelhoedje is hierbij een hulpmiddeltje uit kunststof dat de tepel beschermt.
• Ingetrokken tepels belemmeren borstvoeding van een kind.